Kees Boot, acteur
In 2006 was Kees te zien als Martini in het toneelstuk One Flew Over The Cuckoo’s Nest en vervolgens in het toneelstuk Alexander. Op televisie speelde hij in televisieseries als All Stars, Baantjer, Spangen, Wildschut En De Vries, In Voor En Tegenspoed, Combat, Kind Aan Huis en Het Braambos en in de telefilms Maten en Benidorm. Deze films staan o.a. op zijn palmares: De Zwarte Meteoor, Lek, Mariken en Floris. Kees ontving in 2003 de Arlecchino voor zijn rol van Wayne Hudson in Popcorn.
Kees zelf
Als je in een commercial speelt, ben je aangeschoten wild: mensen durven veel meer tegen je te zeggen dan wanneer je bijvoorbeeld een goede filmrol speelt. Op het moment dat mensen mij complimenteren met mijn rol in All stars vind ik dat toch een stuk aangenamer dan wanneer ze me in de Kalverstraat ‘hey, soepie!’ naroepen.”
Ziekmakende spanning
Ondanks zijn enthousiasme werd hij na een jaar van de toneelacademie in Maastricht afgestuurd. “Ze gaven geen reden: ze vonden dat de opleiding bij nader inzien ‘toch niets voor mij was’. Ik ben er dagenlang ziek van geweest: mijn droom was in één keer van tafel geveegd. Bovendien kón ik verder helemaal niets. Ja, lach maar: ik kan écht niets verder! Ik had m’n havo-examen volledig verprutst toen ik wist dat ik naar Maastricht kon, want wat had je nou op de toneelschool aan wiskunde of scheikunde?”
Typetje
Agressief
Een bizar hoogtepunt in zijn carrière was het stuk ‘Hooligans’, dat de landelijke pers haalde nadat de hoofdrolspeler was bedreigd door F-siders. “Een paar dagen voor de première stapte Rogier Philipoom uit het stuk: in één week tijd moest ik zijn rol overnemen. Het is heel raar om op een toneel te staan met een zaal vol mensen die in beginsel niet geïnteresseerd zijn in wat jij gaat doen. Die gewoon zeggen: ‘Hé, jullie hebben het over ons? Hier zijn we dan, kijk maar eens goed!’ En die dan vervolgens alleen maar gaan schreeuwen, bellen, zuipen en roken in het theater. Je moet dan dus heel hard werken om hun aandacht te krijgen.” Dit lukte wel altijd trouwens. “Op alles wat je zegt, wordt gereageerd. Op het moment dat wij bijvoorbeeld ‘kutkankerboeren’ zongen, gingen ze allemaal staan en meezingen. Als wij in Rotterdam zongen ‘Hamas, hamas, joden aan ’t gas’, gingen ze volledig uit hun dak. We wilden met het stuk de absurditeit laten zien van hoe die wereld in elkaar steekt, dat het méér is dan een paar kwajongens die tot de orde geroepen moeten worden. Het is een ‘way of life’. Dat is echt niet aan te pakken door te zeggen ‘jullie mogen niet meer naar het stadion toe’. Helaas kwam er door alle commotie te weinig regulier theaterpubliek naar de voorstelling om die boodschap op te pikken.”
Schilderij
bron en toestemming:
– Robbert Blokland, manager
– foto: Angelique van Woerkom
– Filmkrant, de uitgever
– www.musicals.nl
